Een paar jaar geleden moest ik naar het gemeentehuis. Aangezien het alleen op werkdagen geopend is, ging ik er voor mijn werk langs. Om 8:00 stond ik in de hal en had een nummertje getrokken. De hal was verlaten, op één vrouw na.
De vrouw zei iets tegen mij in het Zwitserduits. Ik verstond het niet en antwoordde met âWie bitte?â. Ze herhaalde: âi chume fĂŒr de wiiâ. Deze keer dacht ik het te verstaan. Zei ze nu dat ze voor de wijn komt? Hier? In het gemeentehuis om 8:00 âs ochtends? Ik zal het wel niet goed verstaan hebben.
Ik knikte en lachte vriendelijk, hopend dat dit de juiste reactie was en het gesprek daarmee zou eindigen. Gelukkig gebeurde dat.
Nog geen minuut later stopte de lift en de deuren gingen open. Er kwam een man uit met een karretje vol wijndozen voor de mevrouw.
Had ik het toch goed verstaan.