Zwitserse gewoonten door Nederlandse ogen

Huis kopen

Onze overbuurman gaat binnenkort verhuizen. Niet noemenswaardig, tot je weet dat hij net gepensioneerd is én van een huur- naar een koophuis gaat. Ik weet niet of het zijn eerste, en wellicht laatste, koophuis is, maar het is opvallend voor een Nederlander.

I. en ik krijgen regelmatig de vraag van vrienden en kennissen uit Nederland of we er ook aan denken om een huis te kopen. Dat doen we niet.

In Nederland is het kopen van een huis gunstig. Dus als je het geld hebt, is het een verstandige beslissing.

Hier is het kopen van een huis een ander verhaal. Ten eerste moet je minimaal 20% eigen vermogen inleggen, tegenover zo’n 6% in Nederland. Dat maakt dat je, ondanks de hogere salarissen, wat langer moet sparen. Ook zijn de huizenprijzen hier hoger dan in Nederland, maar dit wordt deels gecompenseerd door de hogere salarissen.

Ten tweede is het ongunstiger om een eigen huis te hebben. Je moet namelijk een soort huur betalen genaamd “Eigenmietwert”. Deze belasting is 60-70% van wat je voor een vergelijkbare woning aan huur zou betalen. Daarentegen mag je onderhoudskosten en hypotheekrente aftrekken van deze belasting. Dit leidt ertoe dat niemand zijn huis afbetaalt, omdat het gunstiger is om een hypotheek te hebben.

Omdat het hier minder voordelig is om een eigen huis te hebben, heeft slechts 42.3%¹ van de mensen hier een eigen huis, ten opzichte van 70.6% in Nederland. Vooral in en rondom grote steden huurt bijna iedereen. En als mensen een huis kopen, zijn ze vaak al in de 40. Ik weet niet hoeveel mensen, zoals onze buurman, hun eerste huis kopen als ze gepensioneerd zijn.